een rode bol met grijze puistjes
een grijs verleden en een nieuwe dag
zoals de zon na elke flits
plaats maakt voor de maan
weet ik niet veel
zeg ik weet niet veel,
ik zeg niet veel
want woorden zeggen niets
,de beelden wisselen te snel
en de geur verdwijnt.
honden kwijlen omhoog
op de overgang,
katten maken een bal van hun potje voer.
en ik snap er geen hondendrol van.
wat er ook gebeurt
mijn leven heeft nog weinig van doen
met alle dingen die ik zie
op de grens tussen de laatste grens
en het grenzenloze. want
hier is het gras zo groengrijs als daar boven,
wanneer boven mijn voetenkant is
want ik snap er geen grasspriet meer van.
en van de bloedworst van gister
heb ik weinig kaas gegeten,
want deze bloedworst is blauw
als de kaas van vorige week
en volgende week...
gooi ik het al het bedorven weg.
goed gezien.
want nu heb ik krampen als de pest
in mijn kromme poten.
Ik wilde wilde dansen dansen en.
Ik dans op het weke wit
wat gisteren nog mijn enkel was, maar vandaag
is het de ganzenveer die mij optild,
ik glij af van het glazuur gesmeerd op mijn billenkont
en kom terecht in kartelstrand. Mijn hoofd laat de wind verwaaien
tot een windstille tocht die omhoog blaast,
en de mist
rond mijn haar
maakt een rondje over mijn gezicht.
Mijn ogen trillen beter en mijn oren schuiven in het gebeuren,
het regent plaatselijk.