Ogen die naar naderend gevaar staren, zo intens dat er een afdruk ontstaat in het netvlies. De ogen sluiten heeft dan geen zin meer, de afdruk blijft zichtbaar. Het gevaar schuifelt naderbij, aanvankelijk nog zonder geluid. Geleidelijk kruipt het dichterbij, steeds dichterbij. Dan is het daar, ineens. Voorspelbaar en toch nog onverwacht.
Als de stof is neergeslagen keert ook de stilte weer terug. Het lijkt alsof alles hetzelfde is gebleven maar dan bedekt onder een dikke laag stof. Bij nader inzien blijkt het hele decor verschoven en is er iets onomkeerbaar veranderd.
Het gevaar heeft zich de werkelijkheid definitief eigen gemaakt.