ik lig in het gras,
mijn ogen gesloten tegen de zon,
het verleden acchterlatend,
vergeten hoe het was,
en wensend dat het leven opnieuw begon.
fouten vergeten,
postieve dingen herhalen,
geen zwenuwen en niet meer zweten,
mijn leven weer laten stralen.
niet meer altijd moe zijn,
en mezelf weer kunnen uiten,
mijn leven een vloeiende lijk,
en weer gewoon naar buiten.
lopend,lopens over straat,
ik ga zitte op een bankje in 't park,
kijkend waar iedereen naar toegaat,
een moeder schreeuwt: pas op Mark.
observereb, observeren,
niet vermeemd of niet lijk,
probeer me op de massa te concentreren,
goed lijken en absoluut niet verglijken.
Dan opeens herken ik een gezicht,
ik gil:
alle ogen op mij gericht,
het gezicht zie me,
dit is niet wat ik wil,
ik trek een sprint,
en voel dat ik achtervolgd wordt,
en denk:
'waarom is het onmogelijk dat het leven opnieuw begind'
Dit zijn mijn laatste gedachten,
en dan wordt het voor altijdstil,
(ps. mensen denken dat dit onzin is op grote schaal,
maar dit gedicht is gebasseerd op een waargebeurt verhaal)