Zelfreflectie is het slot en de schakel in een van te voren onbevochten verklaring van jezelf.
Want elke fase kent z’n prioriteiten, maar ken de basisprioriteit van de grootste.
Want wat zijn klanken als alleen jij het hoort in een grot zonder water met diepe gronden.
Eén zijn met, een kort tijdloos besef, positivisme in haar puurste vorm.
Kanonskogels slaan door de barrières der realiteit, zonder enige aarzeling verdwijnen ze weer door de poorten van de oneindige confronterende frisse bries van de aarde.
Tweestrijden tussen naïviteit en trots, gevoed door gedesoriënteerde invloeden zal de man van het kind scheiden.
Met het besef van een utopische droom in het achterhoofd zal de karavaan uiteindelijk weer vertrekken in de richting zon…