Zijn ruwe hand, kan niet strelen
Hij praat veel, maar kan niets delen
Zijn zware stem kan mij niet sussen
Zijn verwrongen mond kan niet meer kussen
Zijn oogopslag doet mij van argwaan benauwen
Onbetrouwbaar is degene
Die zichzelf niet kan vertrouwen
Zoveel woede op dit schrijnende leven
Ruwe handen, gebald in vuisten
Wat ik verlang, kan hij niet geven
Verwoest door een wankelend bestaan
Zitten zijn vervaarlijke gedachtes
Vol machtsmisbruik en eigenbelang
Een hart dat te beschadigd is om van te houden
Zal mijn liefde nooit bereiken
Alleen mijn moeder houdt van mij