Het is niet iets van een volk of iets algemeens,zij die het hebben zijn ervoor verloren...
Geen sleur of gelijkmatigheid zullen hun heer of meester zijn.
Reizigend tussen tegengestelde werelden, van het avond-
rood tot het prille ochtendgloren.
Op zoek nar hun eigen ik, zich voortbewegend
in een onmetelijke, uitgestrekte woestijn...
Eeuwig onderweg naar het onbekende en de verste
horizons...
Geen plaats kan ze binden, geen land is te ver
Inwendig zijn ze onbewust op zoek naar het verborgen
geluk, wat ergens zijn moet in ons...
Hun weg is niet gemakkelijk, verbonden met strijd van hot
naar her.
Maar ondanks vele moeilijkheden zwerven ze met het
grootste genot.
Zien vele landen en volken met verschillende culturen.
Een ding sterkt ze echter boven alles, hun geloof en hun
liefde voor het leven.
Want hieruit putten zij hub grootste kracht in eenzame en
moeilijke uren...
Zal het wezenlijke geluk zich aan de zoeker kenbaar maken?
Of is het een onbedwingbare macht der gewoonte die ze tot
zwerever maakt?
Kan de ouderdom met daarin de berusting ze in hun
onstuime hart raken?
Nee, zelfs de ouderdom brengt de bruisende energie-
stroom niet te bedaren
"Hij" is een nomade die niet verzaakt...
Luisterend naar de stem van zijn tintelende bloed door zijn
levensaderen...
Beschouwend en relativerend zijn omgeving observerend,
iedere keer opnieuw
Ontsproten uit het "clan blood" zijne voorvaderen...
Stromend als overwinnaar neemt dit bloedsap als
overwinnaar, bezit van z'n ziel...
Tot op het allerlaatste aan toe, de zogenoemde laatste
levens snik...
Het overweldigede einde van een leven , het laatste levenslicht...
Want de heer van de koude stille doodis de enige waarvoor de levenslustige nomade in al z'n overgave zwicht...