De wind ruist
als een huilend kind
door de bladeren van de bomen.
En huilend laat zij me weten
dat dit niet de plek is
waar zij over had gedroomd...
De regen komt
en dikke druppels vallen neer
op het harde grind.
Veel verdriet, maar nog meer pijn,
omdat de tranen blijven komen
en maar niet worden gedroogd...
De donderslagen, klinken
als de hardestem die roept en scheeuwt.
Het bange kind grijpt zich stevig vast
aan de laatste strohalmen
die haar nog overeind schijnen te houden...
De felle bliksem
licht de hemel volledig op,
maar nog de felle bliksem,
de harde donder,
de druppels regen
en de huilende wind
kan het bange kind geruststellen
dat later de zon wel weer zal schijnen...
Pas als de zon weer komt,
de wind gaat liggen,
de druppels worden gedroogd,
de bliksem gaat stralen,
en de donder gaat fluisteren.
Pas dan is het bange kind
gerustgesteld...