Mijn leven bestaat uit nemen en geven.
Het bestaat uit lachen en wenen vaak maar even.
Momenteel bestaat het uit veel pijn en verdriet.
Er is geen moment waarvan ik ook geniet.
Pijn voor mijn opa, hij is niet meer in leven.
Pijn in de liefde, hij kan/wil het mij niet geven.
Pijn voor mijn oma, ze moet alleen verder gaan.
Pijn voor mijn stapmaat, hij is weg, heeft een andere baan.
Mijn hart is koud mijn gevoelens zijn weg mijn verstand heeft me verlaten.
Waarvoor o waarvoor heeft nooit iemand het in de gaten.
Ik ben geen bikkel en kan het niet alleen.
Ik heb iemand nodig, nodig om me heen!
Roger, kan jij het geven…… Opa, komt u terug in mijn leven…….
Oma, kan ik uw pijn verzachten…….. Wouter, wat kan ik nu nog van je verwachten….
Waarom verlaat iedereen mij, maar ben ik niet alleen.
Ze proberen me te helpen maar dat kan toch geen één.
Het leven is niet eerlijk dat weten we allemaal.
Maar waarom, waarom dat weten we niet.
Niemand maar dan ook niemand die dat ziet.