Hopen bloemen stapelen zich op bij de kist.
Als ik naar binnen loop, om U nog een laatste keer te zien.
Hangt er een ijzige stilte, en af en toe een snik.
De kist ligt open, daar ligt U dan, zo vredig, zo dood.
Ineens komt mij de waarheid hard te gemoet.
Probeer het te ontwijken, maar het dringt eindelijk door.
U bent dood, niets was er nog te doen.
Alle hoop, zo opeens vervlogen.
Tranen liggen op mijn wangen.
Mijn onderlip trilt.
Heb mijn handen op mijn ogen.
Maar mijn gedachten zijn al bij de deur.
Een week is wat ze ons geven.
Morgen gaan we naar U toe.
Hoe zal U eruit zien.
Ziek, Blij, Dood?