Hoed op om ons te beschermen
tegen de regen en het vallend
ongedierte als mijt, teken
reuzenrupsen en bloedzuigers
Laarzen aan de kleren hooggesloten
want alles wil bestaan op en in ons
gastdieren die wij zijn voor
onstuimig ander leven
Ondanks list, bedrog en grof geweld
likten wij in de avond
elkaars wonden en spraken
over de bijna steriele bergtoppen
waar wij eens samen waren
en teruggeworpen op onszelf
de weg kwijtraakten in
de eeuwige sneeuw
om uiteindelijk toch nog
het vege lijf te redden
met een gevonden
roestig pikhouweel
achtergelaten door
een vorige expeditie als
wij nu, die in ons spoor
zoveel vergaten mee te nemen