ZE ZIJN AL OUD SAMEN BIJNA 180 JAAR
EN HOUDEN HEEL VEEL VAN ELKAAR
SOMS VRAAGT HIJ WIE BEN JIJ DAN
IK BEN JE VROUW.JIJ BENT MIJN MAN
HIJ KIJKT HAAR AAN EN ZEGT BEDEESD
IK WEET SOMS NIET MEER WAT VROEGER IS GEWEEST
ZE PAKT ZIJN HAND,DAT GEEFT NIET LIEVE SCHAT
JIJ BENT HET LIEFSTE WAT IK OOIT BEZAT
HIJ PINKT EEN TRAAN EN ZEGT HEEL BLIJ
IK BEN ZO TROTS OP DIE VROUW VAN MIJ
DAN ZIET HIJ EEN VERPLEEGSTER GAAN
HIJ LOOPT SNEL ACHTER HAAR AAN
HIJ PAKT HAAR HAND EN ZEGT IK HOU VAN JOU
WAT BEN JIJ EEN MOOIE VROUW
ZIJN EIGEN VROUW DENKT,ACH LAAT HEM MAAR
HIJ IS GELUKKIG DAT MAAKT MIJ BLIJ
WANT HIJ IS EN BLIJFT VAN MIJ.