In het café aan de boulevard
Waar de man aan het tafeltje
De stoel naast zich aanschoof
Waar net nog de drift zat
Die als laatste vertrok
Nadat hoop en bezinning
Opstandig aan hun stutten trokken
Hij dronk zijn laatste bier
Stond op
Zo goed en zo kwaad
En vertrok
Melancholie ging snel zitten
Het was er druk
En de stoel was nog warm
Spijt kwam te laat