Ik liep laatst door een steeg
Toen begon mijn hart te tieren
Want ik had opeens zin in deeg
Maar ik zag alleen maar mieren
Ik voelde me opgesloten, gebroken, de vernieling in gebracht
Mijn hart lag in een grote breuk
En door mijn verlangen naar deeg verloor ik alle macht
Ik ben toen op handen en knieen naar de bakker toe gekropen
Maar al het deeg was helemaal uitverkocht
Ik keek niet meer om en ben de winkel uitgelopen