Rode ogen
gevuld met haat.
Razende, razernij,
Raast in mij,
omarmt mij,
in helse uren.
Het ellendig tikken van de klok
die langzaam seconden doet verdwijnen,
En een warme deken die me niet meer ontroeren kan.
Enkel grimmig zwart doet mij kalmeren ,
terwijl sierlijke slieren rook,
mijn kamer langzaam doen vullen,
en ik angstig benauwd achter blijf.
Beleef ik in een roes,
elk detail opnieuw.
Alles is duidelijk,
met elk woord perfect geplaatst.
Speelde we een spel zonder regels,
zonder te denken,
verloor ik mezelf.
In dit niemandsdal,
waar niemand zoeken zal,
raast in mij ,
een razende razernij.
wel bedankt en graag gedaan.
Van mij hoef jij al lang niet meer…