De slaper ontwaakt en rekt zich uit,
een geluid of woord heeft zijn slaap verstoord.
Hij kijkt en speurt wat er gebeurt,
zo spreekt hij dan op een toon die klinkt als suprieur.
Dan zonder actie of risico stelt hij zich op,
zo werken mensen immers aan de top.
Niets ondernemend veilig en wel,
slapen zij verder tot de volgende kwel.
Zij noemen zich niet zelden
een gedegen Heer.
En als zij weer ontmoedigd preken,
dan zwijgt de wijze al doet het zeer.