Er zijn dagen dan denk ik dat ik het kan,
Je bent zo’n verschrikkelijk vage man.
Maar toch komt telkens weer dat verdriet,
Waarom kan ik dit toch niet.
Steeds als ik weer orde op zaken stel,
Bezorgd het verleden me kippenvel.
Je woorden malen door mijn hoofd,
Alles wat je me had beloofd.
Alles bleek een grote leugen vol verdriet en pijn,
Volgens jou moest ik er van leren tot ik groot zou zijn.
Je vertelde me dat dit zo moest gaan,
Ik was het wonder in jouw bestaan.
Alle keren dat je me dwong en aanraakte
Was ik het die weer een roes doormaakte
Hoe eerder jij je genot had gekregen,
Des te sneller had ik terug mijn vrijheid, mijn zegen.
Toch ik weet dat ik het verleden los kan laten,
Ik heb je inmiddels helemaal in de gaten.
Gelukkig ben ik de winnaar van dit verhaal,
Ik kan nu stoppen met het eeuwige gemaal.