Soms heb ik de beelden nog in mijn gedachten en dan zit ik hier ver van je vandaan nog te beven en te trillen van de angst.
Ik heb van tijd tot tijd nog flashbacks over dat moment in die slaapkamer waar je levenloos naast me laag zonder geen uitstraling op het gelaat.
Ik leef mijn leven nu zonder jou maar ik mis je bijna elke dag omdat, ik sinds dien op deze wereld ronddwaal zonder die vervulling die ik naast jou heb gehad.
Soms vraag ik me af of het met jou nog goed gaat, daar aan die haven in een stad waar we zeer zeker samen gelukkig waren.
Ik moet eerlijk erkennen dat ik het nooit heb kunnen begrijpen, dat het leven zo iets mooist ineens en spontaan kapot kon maken.
Ik heb je daar in dat ziekenhuis weer op zien staan maar ik heb dat mens, dat je ooit was nooit meer gezien of gevoel in dat lichaam.
Soms heb ik best zin om je weer eens te zien en dat al weet ik erg goed, dat ik je op die ochtend; op dat bed; en in mijn armen; echt heb zien sterven.
(aan Ivonne Kraan)