Weder-sterven.
Omdat ik de afstand tussen het mes en mijn keel lijk te missen, of wellicht het mes op zich. Waar ik al mijn jaren al littekenvrij doorkom. Althans van zelfgemaakte wonden, dat litteken op mijn pink, van toen ik het topje er per ongeluk af sneed zit er nog altijd wel. Maar ik ken niemand die vrijwillig ledematen deels amputeert. Wellicht heb ik nog de verkeerde vrienden. Want de dame van wie ik de halve teen uit een vuilnisbak viste, die ken ik dan weer niet. Of haar teen er inmiddels weer in zijn geheel aan zit, heb ik geen weet van. Al zou ik dat weer wel graag willen weten. Scherpe messen blijven boeien, net als andere, wellicht wel gevaarlijke voorwerpen, of mensen. Maar wat is gevaarlijk, wanneer je kwade zin hebt kan je met een punaise vast ook wel iemand dodelijk verwonden. Ik persoonlijk doe geen vlieg kwaad, of juist die vlieg weer wel? Ik weet het niet meer, al schop ik het liefst tegen dingen aan die me lief zijn. Wellicht zegt dat wel meer over mij dan alle woorden die hierboven staan. (Buiten dat ik best wel patholoog anatoom zou kunnen zijn.)
arie: | Zaterdag, februari 28, 2009 16:03 |
Vroeger waren het kikkers die je ontleedde X |
|
Jacky Van den Berghe: | Donderdag, februari 26, 2009 02:26 |
De punaise is maar het hulpmiddel, het verwonden zit in onze gedachten. De grote vraag: waarom moet er verwond worden!? Vanwaar komt die neiging? De laatste twee zijn meer dan het lezen waard! Liefs, Jacky |
|
Ludy: | Woensdag, februari 25, 2009 21:15 |
Schoppen tegen wat je lief is: een testen van de duurzaamheid ervan wellicht. Dezelfde reden als waarom kinderen klieren. Liefs, Ludy |
|
Auteur: Marina van Vledder | ||
Gecontroleerd door: Marina | ||
Gepubliceerd op: 25 februari 2009 | ||
Thema's: |