mijn vingers willen vuur,
maar mijn handen kunnen niet tegen de hitte.
mijn hart wil brullen,
maar mijn hersens verstikken het.
als ik alles kon wat ik wilde,
dan zou ik liefhebben.
mijn hart wil,
maar mijn hoofd is angstig.
ik wil,
maar ik kan niet.
ik wil,
maar ben bang.
ik ga niet meer hopen,
ik ga weten.
hoop is twijfel,
tijfel is angst.
ik wil niet meer bang zijn,
ik wil liefhebben.
ik wil wel,
maar ik kan niet.
ik wil,
en ik ga het doen!