Ooit, jij was daar,
keek naar me, lachtte,
terwijl ik speelde,
met het gras, met de bloemen.
Waar ben je nu?
Je hebt me verlaten,
hier op deze plek.
Ik voelde me hier veilig en vertrouw
De wind blaast door mijn haar,
dit papier is nat,
nat van mijn tranen,
gevalleen tranen, voor jou.
Kun jij me zien, vanachter die wolken,
die me boos aanstaren?
Zul jij boos zijn, vanwege mijn leven?
In de steek gelaten, vernietigd,
van binnen, van buiten?
Het is koud,
kou op mijn huid,
kou in mijn hart.
Zal er ooit weer iemand zijn die naar me lacht,
me in zijn armen neemt en zegt:'Ik houd van jou!'
En niet alleen mijn buitenkant,
maar ook mijn binnenkant zien?
Ik Hoop het, want dat is wat ik nog heb:
Hoop, voor jou, voor mij....