Jij en ik
Ik en jij
Die combinatie maakt samen wij
waarom is er geen wij, maar wel een ik en jij?
Samen 1 maar nooit alleen.
Je ogen strelen m'n ziel en je handen op m'n dijen.
Terwijl we in gedachten stiekem vrijen.
Altijd sta ik tegenover je vastgeketend met ijzeren kettingen.
Ik wil je aanraken en strelen, maar ze zijn met zovelen.
De kettingen zijn net te kort en de afstand net te groot.
De jaren net te lang en m'n kracht net iets te klein.
Oh, wat is die gedachte fijn om even alleen met jou te kunnen zijn.