(26 februari 2007)
onder het bladerdak van zwijgende cipressen
de onderdrukte stemmen in mijn hoofd
maken de tirade die mijn lichaam overheerst helemaal af
een tinteling, niet meer dan een mierenbeet
zorgt voor een groeiende storm van frustraties
omhoog kijkend naar de drukkende massa
die langzaam, maar toch volledig zonder controle
op me af komt
ik zoek naar een enkel teken
iets, dat me kan overtuigen
dat er nog warmte kan zijn
liefde, hier in mijn cel
zachtjes heen en weer wiegende bomen
mijn verdoemmenis nogmaals in mijn oren fluisterend
voor een ander een geschenk van de natuur
voor mij de ware hel op aarde