Ik begin te twijfelen aan jou liefde voor mij.
Krijg steeds meer het idee dat ik gewoon leuk ben voor erbij.
Ik had graag met jou op vakantie willen gaan.
Maar jij besloot om met je vrienden te vliegen en mij te laten staan.
Ik dacht dat je in een relatie dingen samen deed met elkaar.
Maar misschien is het nog te kort,
ach ja we gaan tenslotte ook nog maar met elkaar een jaar.
Zeg me stel ik mij nu zo aan.
Omdat het zo moet gaan.
Denk ik nu te raar.
Omdat jij met je vrienden gaat feestvieren daar.
Dat jij mij hier achterlaat.
Ik hoop bij god dat er niet teveel word gepraat.
Dat ze niet weer teveel op jou gaan in spelen.
Dat ze je laten kiezen in plaats van delen.
Dat ik na die vakantie jou weer kwijt ga raken.
Je vrienden hebben ons al eerder uitelkaar weten te praten.
Ik kan alleen hopen dat het niet zo zal zijn.
Maar nog steeds vind ik het niet fijn.
Ik had weg gewild samen met jou.
Maar jij had je keuze al gemaakt en kwam het te weten op een mannier dat ik niet wou.
In een relatie hoor je toch te overleggen.
Dit steld me teleur dat wou ik alleen zeggen