O denneboom, o denneboom,
Wat waren je takken wonderschoon.
Wat was je mooi met je kerstversiering,
Wat gaf je een vreugde aan de kerstviering.
Maar gisteren ben je de deur uit gegaan.
Je takken stonden blijkbaar niet meer aan.
Ze begonnen wat uit te vallen,
Terug in de doos met die slingers en ballen!
Met het grof vuil ben je opgehaald.
Daar wordt je met vele anderen samen vermaald.
Van een volgende kerst kun je alleen nog maar dromen
In de kerstbomenhemel met de andere bomen.