Gekoesterd
Verleden, echter nooit vergeten
Het geluid van de krekels
Luid in de held’re nacht
Onbewust raken zo gedachten
verstrikt in herinneringen
van een al lang vervlogen tijd
Kabbelend water, meanderend door het prachtige land
Bomen boden schaduw
Wij deelden hetzelfde – hand in hand –
Warm gehouden onder een stralende sterrendeken
Hartstocht en verlangen
Luisterend naar de vleugelslag van nachtegalen, sierend met geluidloze gezangen
Zonnestralen behaaglijk op mijn haar
Dezelfde zon weet me ook nu te vinden
als getuigenis van wat zij wist - hoezeer wij elkaar beminden-