Ik doe mijn ogen open.
Het is zwart, ik kan niks zien.
Sta op de rand van de duisternis.
Ik wankel, maar sta.
Rode tranen langs mijn gezicht.
Bloedtranen van verdriet.
Ik huil verder, heb geen houvast aan het leven.
Ik wankel, ik val.
De diepe duisternis.