bloed huilt in m’n nagels
als ik kervend in je schrijf,
likkend aan het puntje
van het zelfgebouwde mes
waaraan ik m’n leven
langzaam ophang
en al het leed verdrijf.
zie ik van boven
naar beneden, bloed vallen op m’n voet
vermengt zich dan in tranen
en lach ik luid de heksen
des kwelling bij elkaar
die paraderen in een stoet
en vals naar me grijnzen,
me verwensen
naar het hellegoren gat
waar ik nog heviger zal branden
en al van dat zelfpijnigend gedoe
zal groeien op m’n lichaam,
als een ware heksenwrat.