bijna de weg van de vrijheid ingeslagen,
was bijna verlost van alle hinderlagen.
toch deed ik het niet,
iets deed me zo'n verdriet.
maar kan de pijn bijna niet meer verdragen,
pijn van vele enge dagen.
heb nou eenmaal beloofd niet weg te gaan,
maar te blijven vechten en door te gaan.
maar in al die dagen,
blijf ik mezelf afvragen.
is het nog wel de moeite waardt,
blijft me door weg te gaan niet een hoop ellende bespaart.
Waarom moet ik altijd voor het foute kiezen,
Daarmee mezelf en iedereen verliezen.
Maar ik kan het gewoon niet stoppen,
En dat kan ik gewoon niet verkropen
Het doet me zo’n verdriet,
Alleen gelukkig is er niemand die het ziet.
Wou dat jullie het goed maakten,
Al die ruzie’s eindelijk staakte.