Waarom is het mij overkomen,
ik had een fijn en onbezorgd leven?
Het is mij met bruut geweld afgenomen
en blijft aan mijn gedachten kleven.
Waarom nu na al die jaren nog steeds pijn
en binnenin zo veel verdriet?
Ik wil zo graag gelukkig zijn,
waarom lukt mij dit nog niet?
Waarom steeds weer het zelfverwijt,
een enorm gevoel van schuld?
Mijn zelfvertrouwen ben ik kwijt
en vele dagen zijn met somberheid gevuld.
Waarom nog steeds een traan
en vele nare dromen?
Ik weet, ooit zal het overgaan,
eens zal het goed komen.
Maar als ik even moet huilen,
ben jij voor mij die steun.
Degene bij wie ik kan schuilen,
de schouder waarop ik leun.