De kerkklok luidt
Op straat valt de regen op het asfalt
De geur van verse druppels komt me tegemoet.
De hemel huilt en met haar tranen schept ze de algehele sfeer in de wijk
Droevig
De stad leeft altijd
met haar eeuwige lawaai roept zij mensen naar de stad
vrolijke mensen die leven alsof zij elk moment getroffen kunnen worden door de bliksem
Dood is onvermijdelijk
Mijn geheugen is afgeleid en verward
Mijn gedachten zijn ver hier vandaan
Ze zijn altijd bij je tijdens je slaap
Ze kussen je bij het ochtendgloren
Wanneer ik de dynamische druppels zie vallen langs mijn dakraam
spatten ze uiteen op de talloze tegels
zij zoeken hun weg door de lucht
De lucht,
waardoor wij kunnen leven
Het wordt winter
Mensen zoeken elkaar op voor warmte
Het individu zal niet lang overleven
De zon staat laag
de hemel kleurt grijs en rood
Mijn afgestorven gedachten,
Komen weer tot leven
Reïncarnatie,
doet mijn lange termijngeheugen huiveren
Mensen met een masker
Lopen langs mij heen
Ik probeer ze doorgronden
Zinloos
De warme koffiegeur komt me tegemoet
Zo veel mensen om me heen
Ondanks de reflectieve drukte,
Ben ik in mijn fantasieloze gedachten altijd alleen
Na de vele emoties
Die mij hebben overmand
Zal het lawaai in de kiem smoren
En zal er altijd
Stilte zijn