Ik woon in een wereld,
Waar ik niet aan wen.
Ik wacht op iemand,
Die ik nog niet ben.
Er ligt een koninkrijk,
In mijn gedachten.
Daar zit ik nou al,
Jaren op te wachten.
Ik wil zitten,
Op mijn eigen troon.
Het dagelijks leven,
Is zo akelig gewoon.
Wat ligt er aan,
Het eind van de straat?
Een weg,
Die nog veel verder gaat.
Waar begint,
Of eindigd een plein.
Wie,
Zal ik over 30 jaar zijn?
Vroeger dacht ik,
Later.
Loop ik net als Jesus,
Over het water.
Ik weet wel dat het nooit zal lukken,
Met dat lopen.
Maar ik wil het,
Altijd blijven hopen!
Ik woon in een wereld,
Waar ik niet aan wen.
Ik wacht op iemand,
Die ik nog niet ben.
Die ik nog niet ken...