Stevig loopt hij door,
kijkt niet om zich heen,
geeft niet om de wereld,
dies tog altijd gemeen.
Een zwarte waas hangt voor zijn ogen,
zijn ziel gestorven, hart gebroken,
Leven is zowat niets waard,
zijn gedachten van de kaart.
Tog blijft hij maar lopen,
in zijn eentje, zielug en ontroostbaar.
Waarom geeft dan niet om hem,
vast iemand, het kan niet anders!
Ben jij het, of tog ik?
Wie weet het, ik idg nie.
Wie geeft om hem, wie houdt van hem,
Wie remt dit drama af tot een lieftallige romance...
Gebroken zijn hart,
Verloren zijn ziel,
Vluchtend voor leven,
Strevend naar dood,
Smekend...
...om de liefde.