Een bloem barst in het Noorden
Op de flanken van een fjord
Terwijl de kilte van het water
Zich ankert aan het tij
Het buigen van de sparren
Houdt de schaduwzijde kort
De zee kolkt op de rotsen
De avond is nabij
Een bergtop kleurt naar het rode
Bij het vallen van de zon
Terwijl het stille zich vermengt
Met de woorden die je zei
Je handen verbergen je tranen
Die je niet bedwingen kon
De zee kolkt op de rotsen
De avond is nabij
Het regent op het water
En ik vraag me af : "Waarom" ?
Terwijl de golven en de branding
Zich ank'ren aan het tij
Je verdwijnt tussen de bomen
Je kijkt niet eens achterom
De zee kolkt op de rotsen
De avond is nabij