In haar ogen, zie ik de glinstering van haar tranen.
Tranen, die zich langzaam over haar wang een weg banen.
Waarom zijn haar ogen met dit verdriet gevuld?
Zal zij het me ooit vertellen, misschien, ik heb geduld.
Waarom doet haar ziel zo’n zeer?
Ik vraag het me af, iedere keer weer.
Ik heb haar begrip geboden.
En zeker niet om de stilte te doden.
Ik denk, dat ik weet wat zij voelt.
Ik denk, dat ik weet wat zij bedoelt.
Soms valt het leven inderdaad niet mee.
En wil je het verdriet en de pijn verdrinken in de zee.
Ik weet waar ik over praat.
Soms weet ik met me zelf geen raad.
Vanbuiten lijk ik sterk.
Vanbinnen heb ik pijn, en niemand die het merk.
Weet jij wat ik voel?
Weet jij wat ik bedoel?
Ik denk dat jij me wel begrijpt.
Het is ons verdriet dat maar langzaam verslijt.
Maar het leven gaat door.
Ook al geeft niemand aan ons verdriet gehoor.
We zullen sterk zijn.
Wij weten, onze ziel is rein