Het was reeds liefde,
liefde van de eerste keer dat ik je zag.
Ik wou het niet zo,
omdat je me ooit kwetsen zou.
Maar,
mijn gevoelens voor jou werden sterk.
Ook al weet ik,
dat ik niets ben vergeleken met jou.
Ik hou heel veel van je!
Je schreef me een briefje,
en ik was heel gelukkig.
Ik maakte het je duidelijk,
dat ik hetzelfde voelde.
Ik hoorde bij je,
dat weet ik zeker.
Ik beleefde ene mooie tijd,
samen met jou.
Maar,
uiteindelijk kwetste je me.
En nu,
nu zie je me niet meer staan.
Ik heb gewenst,
gewenst dat het anders kon,
maar het gebeurde zo.
Ik smeek je,
neem het me niet kwalijk,
dat ik zoveel van je hou.
Het spijt me!