In stilte en helemaal alleen,
Zie ik haar gedaante zwevend om me heen.
Als een engel lacht ze naar mij,
Steelt m'n vertrouwen en maakt me blij.
Zittend naast me kust ze me zacht.
Geeft ze me zoveel liefde, nooit verwacht.
Zwijgend verdrink ik in haar ogen,
Zo mooi, groot en nooit gelogen.
Ze neemt me mee hier vandaan,
Fluistert dat ze nooit meer weg zal gaan.
Intens gelukkig vergeet ik alles om me heen,
Niets kan ons stoppen nooit meer alleen.
Dan oppeens vraagt ze me of ik van haar houd.
Val naar beneden, word wakker en inneens zo benauwd.
Langzaam realiserend wat ik heb gedaan,
Zweeft ze steeds verder van me vandaan.
Mijn hoofd vertelt m'n hart het niet te vertrouwen,
Terwijl alles wat ik wil is van haar houden.
Nu is het te laat, ze is al weg,
Misschien wordt het tijd dat ik "ook van jou" tegen haar zeg…...