Ik zie je vaak lopen.
ik blijf maar hopen.
Hopen op een dag dat je mij ook zal zien staan.
staan daar achter het raam.
ik vind je meer dan gewoon leuk.
we praten weinig met elkaar.
vrienden van mij vinden dat maar raar.
maar ik durf het niets te zeggen.
kon ik het je maar uitleggen.
ik kan er wel met vrienden over praten.
Kon ik het daar maar gewoon bij laten.
wie weet gaat het wel voorbij.
dat is het laatste wat ik daarover zij.