S'nachts wil ik schuilen,
het allerliefste in een hoekje zitten huilen.
De pijn wordt dan meer en meer,
Komt omdat ik dan aan jou denk keer op keer.
De foto van mijn broertje staat naast mijn bed,
Ik schrijf naar hem in mijn dagboek en rook dan een sigaret.
Dagen vervagen de stilte valt,
Tot ineens de pijn weer diep in mijn lichaam knalt.
Dan ween ik tot ik niet meer kan,
Dan wens ik dat ie bij me is, mijn lieve San.
Heel soms val ik huilend in slaap,
en in mijn droom zie ik dan een leuke knaap.
Dat blijkt dan Sander te zijn,
Hij streelt mij haren en minder wordt mijn pijn.
Opeens ontwaak ik langzaam uit mijn slaap,
Draai me om en geef nog een gaap.
Dan zie ik weer jou foto op mijn nachtkastje staan,
Ik realiseer je bent er niet meer,ik moet je laten gaan.
Een traan biggelt dan weer langzaam omlaag,
De dag begint weer, maar gaat voorbij heel erg traag.
Zo ga ik maar weer verder door met mijn leven,
Wachtend tot een nieuwe dag aanbreekt voor heel even.
Het leven is niet zonder pijn en verdriet,
Het hoort bij het leven al wil ik dit niet.
Sander zou willen dat ik het plaatsje gaf,
ik zou wel willen, maar kan het nog niet
omdat dit voelt als een vreselijke straf.
Ooit zal de pijn minder zijn, het missen zal altijd blijven,
Tot de dag voor mij ook komt,
zal ik je blijven schrijven.
Ooit zullen wij elkaar weer zien,
Lieve Sander het is voor jou beter zo misschien.
Ik zal altijd een beetje blijven rouwen,
Maar zal in jou liefde altijd blijven vertrouwen....
bianca