Dat mijn hondje vrolijk gromt,
en likt zijn dikke vacht.
Mijn broertje huppelt rond,
En moeder zachtjes lacht.
Ik heb gedroomd...
Dat er geen oorlog meer is,
geen pijn, geen leed, geen gemis.
Dat er geen mens is, die angstig beeft,
Dat mijn gezinnetje.... nog leeft.
Ik heb gedroomd...
Ik zag de Heer op zijn troon,
Hij had een glinsterende kroon.
Toen werd ik wakker. De droom was stuk -
in niets verdween mijn geluk...
Mijn hartje bonsde – ik heb geen huis,
ik heb allen maar een kruis –
met Jezus Christus met een doornen krans...
Hij kreeg het van de zondaars, die Hij genas.
~20-10-2002~
Geschreven door: Larisa Kocharian
op verzoek van deze schrijfster geplaatst