vermoeide blik voorbij het bestek
zojuist neergesmeten
van woede en pijn
het vorige weer ervaart
kristallen glazen leken nutteloos
hun reinheid te blinken
voor de toeschouwers die toch niet keken
het tafelzilver blonk
met alle uitbundigheid
om aandacht af te leiden
toe te trekken naar zichzelf
doch mishandeld door de bruuske handelingen
van de gepijnigde mensen
die tot materiƫle zaken hun woede keren
Het glas is gebroken
Het servet verbrandt
borden in scherven gemaakt
met snijdende kunde
wordt het tafellaken opengereten
dit was het maal
gevoerd door de woede