Als de nacht weer knaagt
breekt het kleine lichaam los
alles van de dag scheurt open
in gegil van ja en nee
rook onthult het angstsyndroom
dat telkens slaapt en wakker word
door steeds hetzelfde beeld
dat stampend in het hoofd
ontploft en een puinhoop toelaat
in overspannen geest zonder eigen wil
verlamd door vlagen van herinnering
die zich oogverblindend openbaren
in een nieuwe nacht
zwarte bange kinderogen rollen
Schoorvoetend naar de hoop die
liefde, rust en vrede brengt
littekens blijven zichtbaar
samen met de oorlogsstank
die overal misdadig sluimert