Als de bomen konden schreeuwen
als ze werden omgehakt,
als handboeien konden bijten
wanneer iemand werd opgepakt,
als een hond kon telefoneren
en de zee zijn grillen had,
als een paard chinees kon leren,
welke functie had dan de mens gehad?
Welke woorden zou hij spreken,
machteloos, vechtend voor zijn leven?
Misschien zou hij dan,
heel even,
weten waarom hij leeft
en voor één keer,
gelukkig zijn met wat hij heeft.