Aan de gordijnen kom ik niet,
die zitten altijd dicht.
Want deze mooie dame,
houdt niet zo van het licht.
's Nachts duwt ze me uit bed,
waarna ze nog eens diep gaapt.
Nog uren zit ik naar haar te kijken,
terwijl ze weer rustig verder slaapt.
Dus ze praat in haar slaap,
en knort zachtjes als ze lacht.
Nu is ze helemaal van mij,
wie had dat ooit gedacht.
Een lach op mijn gezicht,
en tranen van geluk.
Met haar aan mijn zij,
kan er niks meer stuk.