Gedachteloos staar ik hier voor me uit.
Ik ben alleen, ik voel me alleen.
Ik staar in duisternis, een andere wereld.
Ik leef in een wereld van mezelf.
Mensen kennen me, mensen zien me staan.
Mensen houden van me, mensen luisteren.
Mensen adoreren mij, ik ben begaafd.
Mensen geven om mij, om wie ik ben.
Ik leef in een wereld die van mij houd.
Ik leef in een wereld met de liefde in mijn hoofd.
Ik leef in een wereld met geweld onbekend.
Ik leef in een wereld die perfect is.
Ik ben perfect in de wereld waarin ik leef.
Ik heb succes in de wereld waarin ik leef.
Ik ben bloedmooi in de wereld waarin ik leef.
Ik ben een gewoon meisje in de wereld waarin ik leef.
De kleuren zijn de kleuren niet, het zijn regenbogen.
Regenbogen met kleuren van de liefde.
Haat is onbekend, net zoals dood.
Iedereen bruist van het leven.
Levenloos, zit ik hier maar.
Verzonken in die andere wereld, deze verlaten.
Nooit zal ik terugkeren naar de wereld die ik haat.
Eeuwig zal ik leven in mijn wereld, waar ik hoor te zijn.