spoel water over dit gezicht van mij,
ik kijk op in de spiegel,
“is dat nou haat? ben ik wel blij?
ben jij een bekende? is de dit hemel of hel?”
vragen over dit leven,
“bestaat het fenomeen liefde…”
spelen met mijn gedachten,
“…dat mijn hart doormidden kliefde?
ik kijk in mijn eigen ogen,
blind voor die leegte binnenin,
“wat zou ik in vredesnaam wezen mogen?
heeft dit leven eigenlijk wel zin?”
een schreeuw naar een antwoord
“wat is dat liefde, wat is leven!?”
de slaak gaat ongehoord
“wat kost het? zou ik alles moeten geven?”
vragen over dit bestaan,
geen antwoord op te vinden,
“waar gaan we heen? waar komen we vandaan?”
“wat, wat moeten we nog ondervinden?”
het antwoord ligt in deze ogen,
ik droog mijn gezicht af, kijk omlaag,
rood wordt dit handdoek,
mijn handen gevuld met bloed…
ik kijk met schrik omhoog,
alles zwart geverft,
geen glinstering in deze ogen,
geen wind meer die in deze kamer zwerft...
...en dan, ik open mijn ogen, zacht,
met zweet op mijn voorhoofd,
staar ik in het duister,
starend hoe het licht de nacht klooft…