Ik verlang naar jou,
naar je stevige hand,
naar je sterke, stoere schouders.
Ik wil met je mee vliegen, als twee paradijsvogels,
héél ver weg,
héél erg hoog,
samen naar dee sterren kijkend, samen zijn.
Als ik moe of hopeloos ben,
bij jou kunnen steunen
en alles aan je kunnen vertellen,
al m'n geheimen, al m'n verdriet.
Samen de tederste momenten beleven,
samen, sámen met jou!
Mischien gebeurt het weleens,
NU,zal ik het nog moeten blijven dromen.
Maar; dromen is veel beter dan niets,
weten
DAT JIJ ER BENT,
en weten
DAT IK JE ZAL VINDEN.