Ik keek je recht in je ogen aan,
In mijn ogen broeide een traan.
Een traan van verdriet,
Omdat jij bij hem bent, en mij niet ziet.
Ik voelde je hand de mijne raken,
Alsof je me iets wilde duidelijk maken.
Zonder woorden bleef je staren,
Even het gevoel of wij samen waren.
Die blik heeft me hoop gegeven,
Jij houd ook van mij.. dacht ik even.
Ik droom maar verder in de tijd,
ook al worden die dromen nooit werkelijkheid.