in het begin
schreef hij gedichten
maar geleidelijk
-omdat hij soms niet wist
wat gedaan-
gaf hij commentaar
altijd vriendelijk
dat wel
beetje ironisch badinerend
zelfs geestig
nu schrijft
hij commentaar
op commentaar
wat scherper
net niet veroordelend
laat hij zich behoorlijk gaan
in emoticons allerhande
en beetje
vuile praat
maar hij blijft dichten
steeds minder voor de poëzie
weliswaar
maar met de hoop
op commentaar
waarop hij dan weer
kan antwoorden
tot laat
hij doet niemand kwaad
maar de verstilde dichter
van de eerste jaren
is geleidelijk veranderd
in een kletsmajoor
met vier sterren
eigenlijk een brigadegeneraal
hij die zich vroeger
onbegrepen voelde
en asociaal
is onder de kwinkslagen
uitgegroeid
tot een met belletjes getooid
circuspaard
dat op zijn achterste poten staat
hoopt op
bisnummertjes
en
ovationeel
applaus