als een zwaan zo trots zwem ik,
in een meer zo kalm,
mijn aangezicht;
zo teder en trots van binnen
heb je ooit gezien hoe gekromd
de contouren van hun hals;
sierlijk, slank, maagdelijk wit
hoe vals hun vleugels,
klapperend, met grote halen
op aanvallers nederdalen,
als ze te dicht
worden benaderd,
te trots om het luchtruim te verkiezen,
opgericht,
de lucht doorklievend,
om erna,
in alle rust
verder te zwemmen
zie dan hoe hun trots,
het stil geworden water kust,
hoe de rust wederkeert,
en de aanvaller,
tezeer bezeerd,
zich terug moet trekken,
hoe fier hun halzen
zich nog even de lucht in strekken
zo zwem ik in onstuimig water,
trots in mij,
rustig overziend