Dan is het dag,
dan is het nacht.
Iemand huilt,
iemand lacht.
De een fluistert,
de ander schreeuwt.
Zij is klaar wakker,
en hij die geeuwt.
Een zwerver is arm,
de koning is rijk.
De wereld is zo verschillend,
en toch weer zo gelijk.
De zont gaat onder,
de zon komt op.
Zo voel je je somber,
en dan weer top.
Hij houdt van voetbal,
zijn vriend van golf.
Tegen over een onschuldig dier,
staat een gevaarlijke wolf.
Zo heb je een stadt,
met daarin een wijk.
De wereld is zo verschillend,
en toch weer zo gelijk.
De oude kat,
speelt met de trouwe hond.
Dan voel je je lekker,
en dan ben je ongezond.
En zo heb je een soldaat,
met een gevaarlijk wapen.
En een dief die,
door je ramen loopt te gapen.
En dan als levend wezen,
zie je opeens een lijk.
De wereld is zo verschillend,
en toch weer zo gelijk.